Vastgoedwoordenboek: Financieel

Hieronder vindt u het vastgoed woordenboek "financieel". Indien u snel naar een woord wil zoeken, toets dan "Ctrl" tegelijkertijd "F" en vul het woord in wat u zoekt. Indien u algemene vragen heeft kunt u altijd bellen met Flexas.com op 085-4852184.

Aflossingsvrij
Daarbij betaald u alleen rente. Het betekent wel dat u een lange financiering aangaat, tenzij u aflost door verkoop.

Afschrijven
Bij het bepalen van de winst houdt u rekening met de aanschafkosten van de bedrijfsmiddelen: u trekt die kosten af van de opbrengsten. Omdat bedrijfsmiddelen een aantal jaren meegaan, mag u niet alle kosten van de opbrengsten aftrekken in het jaar van aanschaf. In plaats daarvan moet u afschrijven. Dat houdt in dat u de kosten verdeelt over de jaren waarin u het bedrijfsmiddel gebruikt. In elk jaar kunt u dus een deel van de kosten van de opbrengsten aftrekken.

Annuïteitenhypotheek
Een annuïteitenhypotheek is een hypotheek waarbij elke termijn het aflossingsbedrag zo wordt gekozen, dat de totale betaling (de som van rente en aflossing) elke keer gelijk is, en zodanig dat aan het einde van de looptijd de gehele hypotheeklening is terugbetaald. Een dergelijk aflossingstype wordt annuïteit genoemd.

Bankgarantie
Bij een bankgarantie heeft de "houder" het recht om de bankgarantie op enig moment zonder nadere informatie bij de bank op te vragen. De bank zal dan ook op dit verzoek onmiddellijke overgaan tot uitbetaling van het garantiebedrag en zal zich geen moment afvragen of er op juiste gronden is opgevraagd. m.a.w. de bank is daarin geen partij tussen huurder/verhuurder.

Bedrijfspand hypotheek
Hypotheek op een bedrijfspand/ruimte

Bedrijfsschadeverzekering
Een bedrijfsschadeverzekering is een Nederlandse vorm van verzekering die de eigenaar(s) van een bedrijf verzekert tegen het risico van bedrijfsstilstand, bijvoorbeeld als gevolg van brand. Een bedrijfsverzekering is een brandverzekering en wordt daarmee ingedeeld in schadeverzekeringen.

Bedrijfsverzekering
Bedrijfsverzekeringen zijn naast persoonlijke verzekeringen noodzakelijk voor iedere ondernemer. Hieronder staan de verzekeringen die u kunt afsluiten voor uw onderneming.

Bedrijven Investeringszone BIZ
Een BIZ maakt het mogelijk voor ondernemers om gezamenlijk te investeren in de kwaliteit van hun bedrijfsomgeving, waarbij alle ondernemers meebetalen. Een BIZ is een afgebakend gebied, bijvoorbeeld een winkelgebied of een bedrijventerrein. De activiteiten van een BIZ zijn aanvullend op die van de gemeente. Bij voldoende draagvlak betalen alle ondernemers mee. De gemeente stelt hiervoor een heffing in en keert de opbrengst uit aan de vereniging of stichting die de activiteiten namens de ondernemers uitvoert.

Beleggingshypotheek
Een beleggingshypotheek is hypotheek die is gekoppeld aan beleggingen op effecten (aandelen en dergelijke)

Besloten vennootschap (bv)
De bv is een vennootschap waarin het kapitaal in aandelen is verdeeld. De aandelen zijn in handen van de aandeelhouder(s). De bv is een rechtspersoon met dezelfde juridische status, rechten en plichten als een natuurlijk persoon. De bv zelf wordt als ondernemer gezien, de directeur is in dienst en handelt uit naam van de vennootschap. U kunt een bv zelfstandig, of samen met anderen oprichten.

BKR
BKR informeert aangesloten organisaties (deelnemers) over kredieten en gsm-abonnementen die consumenten hebben afgesloten. Deze informatie helpt deelnemers bij hun afweging of het verantwoord is een krediet te verstrekken. Zo helpt BKR krediet- en betalingsrisico's te beperken en overkreditering en andere problematische schuldsituaties te voorkomen.

Boeterente
Boeterente is een boete die een hypotheekinstelling in rekening kan brengen indien u uw lopende hypotheek wilt oversluiten naar een andere instelling. Dit zal gebeuren als de rente die uw huidige hypotheekinstelling op dit moment in rekening brengt over zijn hypotheken lager is dan het percentage dat u over uw huidige hypotheek betaalt. Op het moment dat u dan zou besluiten uw hypotheek over te sluiten, loopt de hypotheekinstelling dus rente-inkomsten mis. De hypotheekinstelling brengt u dan een boete in rekening als een vergoeding voor deze misgelopen inkomsten.

Borgstelling
Het zich voor de schuld van een ander verplichten tot betaling indien die ander zijn betalingsverplichtingen zelf niet nakomt.

Bruto aanvangsrendement (BAR) Belegging
Jaarhuur van het eerste jaar (na aankoop vastgoed) gedeeld door de totale fondsinvestering (koopsom plus kosten koper plus overige kosten) minus een eventuele liquiditeitsreserve.

Bruto aanvangsrendement (BAR) Vastgoed
Jaarhuur van het eerste jaar (na aankoop vastgoed) gedeeld door de koopsom plus kosten koper c.q. koopsom vrij op naam.

BTW
Naargelang het product of de dienst worden er verschillende BTW-tarieven toegepast. Dit zowel voor de producten die je verkoopt, als voor deze die je aankoopt.

Buffer bij verkoop
Geprognosticeerde winst bovenop de terugbetaling van de inleg aan het einde van de looptijd op basis van de prognose van de aanbieder. Indien dit scenario niet is gegeven in het prospectus, wordt er uitgegaan van een verkoop op basis van dezelfde kapitalisatiefactor die is gebruikt bij aankoop van het vastgoed. De buffer bij verkoop wordt uitgedrukt als percentage van het eigen vermogen.

Buffer bij verkoop uit aflossing
Gedeelte van de winst die voortkomt uit tussentijdse aflossingen op de hypothecaire lening.

Buffer bij verkoop uit waardestijging volgens prognose aanbieder
Gedeelte van de winst die voortkomt uit de geprognosticeerde waardestijging van het vastgoed.

Collectief beveiligen
Gezemalijk zorg dragen voor beveiliging van een gebied of pand

Commanditaire Vennootschap (CV)
Samenwerkingsverband tussen de commanditaire vennoten (beleggers) en de beherend vennoot (meestal de aanbieder). Er wordt voor gezamenlijke rekening en risico belegd in (commercieel) onroerend goed met als doel het behalen van exploitatie- en/of verkoopwinst. De vennoten in een commanditaire vennootschap zijn alleen draagplichtig tot het bedrag van hun inbreng. Dit houdt in dat, mocht er in CV-verband iets misgaan en er ontstaan vorderingen, deze uitsluitend te verhalen zijn op het CV-vermogen en/of op de beherend vennoot.

Dekkingswaarde
Onder dekkingswaarde verstaat het Hof de waarde die kan worden toegekend aan het door de belegger tot zekerheid van zijn beleggingen ingebrachte vermogen, zoals in dit geval de aandelenportefeuille

Dekkingswaarde
De waarde van effecten/vastgoed kan stijgen maar ook dalen. Als de dekkingswaarde daalt onder het bedrag dat is geleend, dan zal de bank zijn cliënt aanschrijven om op korte termijn geld bij te storten.

Direct uitkeerbaar enkelvoudig rendement
Contante uitkering (vaak per kwartaal) uit exploitatie van het vastgoed (huuropbrengsten minus kosten) ná aflossing op de lening waarbij géén rekening is gehouden met de tijdswaarde van geld (zie ook beschrijving enkelvoudig rendement). Dit rendement is uitgedrukt in een percentage van het eigen vermogen.

Direct uitkeerbaar IRR-rendement
Contante uitkering (vaak per kwartaal) uit exploitatie van het vastgoed (huuropbrengsten minus kosten) ná aflossing op de lening waarbij rekening is gehouden met de tijdswaarde van geld (zie ook beschrijving IRR-rendement). Dit rendement is uitgedrukt in een percentage van het eigen vermogen.

Drukte index
De mate van diversiteit van de deelgebieden werd zorgvuldig berekend en er werd een drukte-index gebruikt waarmee drukte- en stiltegebieden kunnen worden bepaald.

Economische Huurwaarde
De economische huurwaarde is de huur die het vastgoed bij verhuur zou opbrengen.

Eigen geld/vermogen
Vrij vermogen wat u zelf heeft vergaard.

Emissiekosten
Kosten als gevolg van de toerekening van emissie-uitgaven aan het bedrijfsresultaat van een bepaalde periode.

Enkelvoudig rendement
Het rekenkundig gemiddelde van de jaarlijkse uitkeringen en de slotuitkering. Hierbij wordt géén rekening gehouden met de tijdswaarde van geld.

Erfpacht
Erfpacht is een zakelijk recht. Het is een vorm van pacht waarbij de pacht niet eindigt als de verpachter sterft (of de pacht opzegt). De erfpachthouder heeft daardoor in economische zin een positie die nagenoeg gelijk is aan de positie van de eigenaar.

Euribor
Het rentetarief dat banken onderling berekenen voor kortlopende leningen en deposito's. Veelal wordt bij hypotheken van vastgoed-CV's en -maatschappen een deel van de rente gebaseerd op het Euribortarief voor één maand plus een bepaalde opslag in de rente.

Executieveiling
Een executieveiling is een veiling die voortkomt uit een beslaglegging. Gerechtsdeurwaarders en Deurwaarders van de Belastingdienst organiseren een executieveiling.

Executiewaarde
De executiewaarde is het bedrag (de waarde) van een goed dat dit object bij gedwongen verkoop naar verwachting zal opbrengen en wordt vastgesteld door taxatie.

Exploitatiekosten
Kosten die gemaakt worden voor onderhoud, leegstand, verzekering, beheer e.d. van het onroerend goed, uitgedrukt in een percentage van de huur.

Financieringskosten
term ter aanduiding van kosten die aan het betalings-en kredietverkeer van een onderneming verbonden zijn.

Financieringsvoorbehoud
Een financieringsvoorbehoud kan tot een bepaalde datum worden ingeroepen door de koper. Dit kan meestal tot zo'n drie weken nadat de koopoverkomst door alle partijen is getekend. Mocht gedurende deze tijd blijken dat de koper geen financiering kan krijgen, dan kan hij de koopovereenkomst dus nog ontbinden zonder daarvoor een boete en schadevergoeding te moeten betalen.

Fondskosten/overige kosten/kostenopslag
Kosten die door de aanbieder worden gemaakt (als percentage van de koopsom) bovenop de koopsom van het vastgoed plus de kosten koper. Het gaat hierbij bijvoorbeeld om structureringskosten, plaatsingskosten, afsluitkosten van de financiering, plaatsings-garantiekosten, selectie- en acquisitiekosten en niet-verrekenbare BTW bij aankoop van het vastgoed.

Franchise
Een franchise is een methode van zakendoen waarbij een ondernemer (de franchisenemer) een contract sluit met de eigenaar van een handelsnaam (de franchisegever) die de franchisenemer het recht geeft om tegen betaling een zaak met die handelsnaam te exploiteren.

Herbouwwaarde
De herbouwwaarde is het bedrag dat u nodig heeft om uw vastgoed, als deze totaal verloren zou gaan, weer op te bouwen in dezelfde staat.

Huurindexatie of inflatiecorrectie
De jaarlijkse aanpassing van de huur aan het CBS-prijsindexcijfer. Hiervoor worden ook de termen index of indexering gebruikt.

Huurkapitalisatie
Omgekeerde van de kapitalisatiefactor bij verkoop en dus exclusief kosten koper.

Huuropbrengst box 3
In box 3 wordt het saldo van de waarde van de woning en de resterende hypotheekschuld belast met een vermogensrendementheffing (1,2%), voorzover het saldo niet binnen de vrijstelling valt van box 3. Daar staat tegenover dat de huurinkomsten onbelast zijn.

Huurprijs
Prijs die u voor de huur van het gebouw betaalt. Voor winkels bestaat geen huurbescherming.

Huurwaarde
Het bedrag dat een bedrijfspand bij verhuur kan opbrengen. Of anders geformuleerd: het genot dat de eigenaar van een pand ervan heeft, uitgedrukt in geld. In veel gevallen is het bedrag van de huurwaarde wettelijk vastgesteld. Het wordt afgeleid van de zogenaamde WOZ waarde die de gemeente voor het bedrijfspand heeft vastgesteld.

Hypotheekbank
Een hypotheekbank is een bank met als hoofdactiviteit het uitlenen van geld tegen hypothecair onderpand.

Hypotheekofferte
Een offerte voor een hypothecaire lening.

Inboedelverzekering
Een inboedelverzekering is een verzekering tegen schade die men aan de inboedel (of: huisraad) op kan lopen.

Indirect enkelvoudig rendement
Beschikbare winst (incl. aflossing) bij de verkoop van het vastgoed waarbij géén rekening is gehouden met de tijdswaarde van geld, uitgedrukt in een percentage van het eigen vermogen (zie ook beschrijving enkelvoudig rendement). Dit rendement is uitgedrukt in een percentage van het eigen vermogen.

Indirect IRR-rendement
Beschikbare winst (incl. aflossing) bij de verkoop van het vastgoed waarbij rekening is gehouden met de tijdswaarde van geld, uitgedrukt in een percentage van het eigen vermogen (zie ook beschrijving IRR-rendement). Dit rendement is uitgedrukt in een percentage van het eigen vermogen.

Investeringsaftrek
Investeringsaftrek is een fiscale faciliteit waardoor in Nederland en België investeringen in een onderneming aanleiding kunnen zijn voor een verlaging van het belastbaar beroepsinkomen of van de belastbare winst.

Investeringsbank
Een investeringsbank ofwel zakenbank is een bank die bedrijven en overheden helpt in het aantrekken van geld door middel van het uitgeven en verkopen van securities in de kapitaalmarkten, zowel aandelen (bezit) als obligaties (schuld).

IRR-rendement (Internal Rate of Return)
Een calculatiemethode waarbij het geprognosticeerde rendement wordt berekend, rekening houdend met de hoogte en het tijdstip van alle uitgaven voor en opbrengsten van de belegging (tijdswaarde van geld), inclusief de teruggave door de fiscus, uitgaande van de veronderstelling dat op de uitgekeerde som een vergelijkbaar rendement kan worden behaald gedurende de looptijd van de investering. Bij een vergelijking tussen verschil­lende projecten op basis van het te behalen rendement is het derhalve beter dat te doen op basis van het IRR-rendement. Bij vastgoed­beleggingen is het IRR-rendement altijd lager dan het enkelvoudig rendement.

Kapitalisatiefactor
De koopsom gedeeld door de huur. Indien de kapitalisatiefactor op basis van de koopsom v.o.n. (dus inclusief kosten koper) wordt berekend, resulteert het omgekeerde van de BAR. Het is ook van belang de kapitalisatiefactor exclusief kosten koper te berekenen. De kosten koper maken immers bij verkoop geen onderdeel uit van de opbrengst. Berekening van de kapitalisatiefactor exclusief kosten koper maakt daarom de aankoopprijs en verkoop-opbrengst vergelijkbaar.

Leverage (hefboomwerking)
Vreemd vermogen in verhouding tot de totale fondsinvestering, uitgedrukt in een percentage.

Leveringsakte
De leveringsakte is het document waarmee het eigendom overgaat van de verkoper op de koper.

Lineaire hypotheek
Een lineaire hypotheek is een vorm van een hypothecaire geldlening. Bij een lineaire hypotheek wordt de lening gelijkmatig afgelost, de te betalen termijnen bestaan uit rente en aflossing. De verschuldigde rente wordt berekend over het nog openstaande saldo van de hoofdsom, de totale lasten zijn aan het begin van de looptijd relatief hoog.

Liquiditeitsreserve/Werkkapitaal
Deel van het eigen vermogen dat niet direct wordt gebruikt voor de aankoop van het onroerend goed.

Maatschap
Een maatschap is een samenwerkingsverband waarin de maten pro rata (ieder naar zijn/haar aandeel) participeren. Er wordt voor gezamenlijke rekening en risico belegd in (commercieel) onroerend goed met als doel het behalen van exploitatie- en/of verkoopwinst.

Milieuschadeverzekering
De Milieuschadeverzekering dekt tegen een lage premie de financiële gevolgen van milieuschade. De premie wordt vastgesteld aan de hand van concrete, duidelijk aanwijsbare criteria. Zoals de aard van de activiteiten, de hoeveelheid gevaarlijke stoffen en de wijze van opslag. Hoe minder risico, hoe lager de premie.

Nominale rente
De nominale rente is de rente waar geldverstrekkers mee naar buiten treden en die standaard op de offerte wordt vermeld.

Non recourse
De hypotheekschuld kan alleen maar verhaald worden op het vastgoed; de beleggers zijn voor deze schuld niet hoofdelijk aansprakelijk.

Onroerendezaakbelasting
Onroerendezaakbelasting (ozb) is in Nederland een belasting die door gemeenten wordt geheven van eigenaren en gebruikers van onroerende zaken.

Opstalverzekering
Een opstalverzekering is een verzekering die schade aan de opstal dekt.

Opstartkosten
Kosten om op te starten, binnen fondsen betekent dit fondskosten minus financieringskosten.

Overbruggingskrediet
Het overbruggingskrediet is een soort aflossingsvrije lening, u betaalt dus alleen de rente, welke vaak wel hoger licht dan normale hypotheek rente en ook behoorlijk kan verschillen bij de verschillende aanbieders. De hoogte van een overbruggingskrediet is ongeveer gelijk is aan de overwaarde van uw oude vastgoed.

Overdrachtsbelasting
U moet overdrachtsbelasting betalen, als u juridisch of economisch eigenaar wordt van onroerende zaken, rechten op onroerende zaken of aandelen in onroerende zaaklichamen. Het gaat hierbij steeds om onroerende zaken in Nederland. U wordt bijvoorbeeld (juridisch of economisch) eigenaar van een onroerende zaak als u een huis koopt.

Overwaarde
Overwaarde is het verschil tussen het waarvoor u de hypotheek heeft afgesloten en de marktwaarde van uw vastgoed.

Performance fee aanbieder
Percentage van de winst, bedongen door de aanbieder, bij de verkoop van het vastgoed.

Rechtsbijstandverzekering
Een rechtsbijstandsverzekering is een overeenkomst met een verzekeringsmaatschappij, waarin die maatschappij onder vele voorwaarden, waaronder een aantal uitsluitingen, de verzekeringnemer bijstaat in het rechtsverkeer.

Rekenmodel
Het puur cijfermatige model zoals dat is geconstrueerd door de studenten van de studie Financial Management van Universiteit Nyenrode.

Rekenrente
Een rente-aanname die wordt gehanteerd in het prospectus gedurende (een deel van) de looptijd van de belegging.

Rendementsdrijvers
Factoren die van invloed zijn op de geboden rendementen in de prospectussen van vastgoedmaatschappen en -CV's. Er zijn voor het (reken)programma een vijftal rendementsdrijvers benoemd, te weten: huurindexatie, hypotheekrente, leegstand, onderhoudskosten en BAR (bruto aanvangsrendement).

Rentabiliteit
Onder rendabiliteit of rentabiliteit verstaat men de verhouding tussen een inkomen (winst) en het vermogen dat dit inkomen heeft verdiend. De rentabiliteit is een belangrijke maatstaf voor beslissingscalculaties op de lange termijn.

Rente Cap en Floor
Maximale en minimale rente (bandbreedte of ‘collar') waartussen een variabele rente zich mag bewegen gedurende een bepaalde vooraf overeengekomen looptijd.

Renteherziening
Renteherziening is de het rente aanbod dat een kredietnemer ontvangt op het moment dat de rentevastperiode van zijn lening (vaak hypotheek) afloopt.

Rentmeester
Een rentmeester beheert goederen, in het bijzonder het onroerend goed van een eigenaar. Deze eigenaar kan zowel een particulier als een private of publieke rechtspersoon zijn. De moderne rentmeester is een breed opgeleide vastgoeddeskundige.

Restschuld
De restschuld is het deel van een hypotheek dat na verkoop van het met juridischbezwaarde onderpand (bijvoorbeeld een huis) niet uit de verkoopopbrengst afgelost kan worden.

Solvabiliteit
Met solvabiliteit wordt aangegeven in hoeverre een onderneming de financiële verplichtingen (betalingen) aan verschaffers van vreemd vermogen (leningen) kan nakomen met behulp van alle activa.

Spaarhypotheek
Een spaarhypotheek is een hypotheekvorm waarmee een eigen woning kan worden gefinancierd. De hypotheek bestaat uit twee delen: een hypothecaire lening en een spaarverzekering.

Totale fondsinvestering
Koopsom van het vastgoed inclusief alle gemaakte kosten.

Variabele rente
Bij variabele rente kan het rentetarief ieder moment wijzigen, afhankelijk van de omstandigheden op de geld- en kapitaalmarkten in andere landen.

Vaste rente
Leningen, met name hypothecaire leningen, worden vaak voor langere tijd afgesloten, en gedurende die looptijd geldt doorgaans een vaste lening: het tarief blijft dan gelijk.

Vreemd vermogen
Financiering door de bank.

Winstdeling
Verdeling van de overwinst (aan het einde van de looptijd) tussen de beleggers en de aanbieder. Hiervoor worden verschillende systemen gehanteerd. Het eerste systeem gaat uit van de werkelijk gerealiseerde winst bovenop de inleg die bij verkoop van het pand wordt gerealiseerd. Daarvan krijgt men een percentage.

WOZ-beschikking
De gemeente stelt de waarde van een object vast bij beschikking. Deze WOZ-beschikking bevat in ieder geval een aanduiding van de onroerende zaak, de vastgestelde waarde, de waardepeildatum en het tijdvak waarin de waarde gebruikt wordt. De beschikking bevat verder de naam, het adres en de woon- of vestigingplaats van degene die de beschikking krijgt.

WOZ-waarde
Wet waardering onroerende zaken (afgekort Wet WOZ) is een Nederlandse wet die in 1994 is aangenomen. De WOZ regelt de waardering van alle onroerende zaken in Nederland ten behoeve van belastingheffing. De gedachte achter de invoering van de Wet WOZ was, dat eerder de belastingplichtigen zelf bij belastingaangiften de waarde van hun woning en andere onroerende objecten mochten vaststellen.